Nummer twee van Taliban opgepakt in Karachi

Het was de New York Times die gisteren het nieuws uitbracht dat mullah Baradar in Karachi werd ingerekend. De aanhouding had volgens de krant negen dagen geleden plaats en zelf was het medium er sinds afgelopen donderdag van op de hoogte. Het nieuws werd op verzoek van Washington evenwel stilgehouden en pas enige dagen na het begin van het offensief in Marjah publiek gemaakt.

De taliban ontkennen de aanhouding. “De VS willen louter de aandacht afleiden van hun verliezen in Marjah”, aldus talibanzegsman Zabihullah Mujahid. Details over de arrestatie blijven vaag. Anonieme bronnen stellen dat de Pakistaanse geheime dienst (ISI) de aanhouding samen met CIA-agenten heeft uitgevoerd, wat Islamabad bevestigt noch ontkent. De plaats van Baradars arrestatie zal alvast menige wenkbrauw doen fronsen: Karachi ligt op 1.000 kilometer van Kaboel en op 760 kilometer van Kandahar en kan moeilijk verward worden met een plek in het grensgebied tussen beide landen.

“Mullah Baradar, die de militaire commandant was van de taliban in Zuid-Afghanistan, heeft de leiding van de taliban opdracht gegeven om te verkassen van Quetta, net over de Pakistaanse grens, naar Karachi”, zo stelt terrorisme-expert Rohan Gunaratna, die in Singapore het International Centre for Political Violence and Terrorism Research leidt. “Die verhuizing was een antwoord op de vele aanvallen met Amerikaanse drones, onbemande militaire vliegtuigjes, op talibandoelwitten. In een dichtbevolkte plek als Karachi kun je met drones immers niets aanvangen. Daar krijg je grote aantallen burgerdoden, wat voor zowel de Pakistaanse als de internationale publieke opinie niet acceptabel zou zijn.”

Gunaratna noemt de arrestatie van Baradar “van erg groot belang. De man is de belangrijkste talibanleider na de eenogige mullah Mohammed Omar, die het regime leidde op het moment van de VS-invasie in de herfst van 2001 en op wiens hoofd een prijs van 10 miljoen dollar staat. Het is Baradar die de taliban in de voorbije jaren opnieuw heeft opgebouwd en die de gevechten leidt. Hij kent de uitdagingen op het terrein en heeft al herhaaldelijk opgeroepen tot onderhandelingen. Ik geloof dat hij dat ernstig meent en vind dat die kans moet worden aangegrepen. Het alternatief is immers een voortduren van een onwinbare oorlog, in de wetenschap dat de Amerikaanse publieke opinie over maximaal twee jaar heel luid op een terugtrekking van de VS-militairen zal aandringen.

“Ik ben het tegelijk eens met de mensenrechtenorganisaties en de vrouwenrechtengroepen die argumenteren dat het nefast is voor de toekomst van Afghanistan om een wreedaardige organisatie als de taliban aan de onderhandelingstafel uit te nodigen. Maar de geostrategische realiteit noopt ons daartoe. Als de Pakistaanse overheid bereid zou zijn om de Afghaanse taliban tot het einde toe te bestrijden en zijn leiders te berechten, dan was de situatie heel anders. Maar dat is niet zo: Islamabad wil een ‘bevriend’ regime in Afghanistan om zich sterker te voelen in de strijd tegen India en het ziet die alliantie alvast niet in de regering van de huidige president Hamid Karzai, die net door New Delhi wordt gesteund. Pakistan en India voeren een schaduwoorlog in Afghanistan: de enen steunen Karzai, de anderen de taliban. Zolang het conflict tussen India en Pakistan niet is opgelost, zul je Islamabad er niet van kunnen overtuigen dat het de Afghaanse taliban moet bekampen en voor de rechter slepen. Wel integendeel, zoals de arrestatie van Baradar ook bewijst: het is precies in Pakistan dat de leiders zich schuilhouden. Op een plaats dus waar Washington er niet bij kan. Er zijn wel geheime Amerikaanse militaire operaties op het Pakistaanse grondgebied maar die kunnen geen al te grote ampleur krijgen, wil je beide regimes niet al te zeer in verlegenheid brengen en de Pakistaanse publieke opinie niet ontzettend in verzet zien komen. De enige andere optie zou een regelrechte VS-invasie van Pakistan zijn, maar ik geloof niet dat ook maar één weldenkend mens dat een goed alternatief vindt, zeker niet als je kijkt wat de VS-invasie van Irak heeft aangericht. Dat alles brengt ons tot de enige realistische optie: onderhandelen.”

Gunaratna wijst erop dat de Pakistaanse overheid een heel andere houding heeft tegenover de Pakistaanse taliban dan tegenover de Afghaanse. “Die eerste willen ze wel radicaal uitroeien omdat ze daarin een directe vijand herkennen, die er niet voor terugschrikt om aanslagen te plegen op Pakistaanse burgerdoelwitten. Ze hebben daarbij de steun van de Pakistaanse publieke opinie. Uit onderzoek blijkt dat het gros van de burgers zelfs voorstander is van droneaanvallen op de Pakistaanse taliban in de tribale regio’s. Ze hebben immers al die aanvallen op onder meer meisjesscholen, drukke bazaars en moskeeën meegemaakt, wat erg veel kwaad bloed zette.”

Machtsdeling

Wat er van deze arrestatie en onderhandelingen te verwachten valt? “Met Baradar kan een machtsdeling worden uitgewerkt voor Afghanistan, waarbij de taliban een vier- of vijftal ministerportefeuilles zouden krijgen en er een einde komt aan de oorlog. Op lange termijn is dat, zoals gezegd, een zorgwekkende optie, maar tegelijk is het elders ook gelukt om een wrede terroristische beweging te hervormen tot een aanvaardbare politieke partner. Denk maar aan de PLO of aan de voorzichtige pogingen die nu aan de gang zijn inzake Hamas.”

Of er dan op de zogenaamde ‘gematigde’ taliban moet worden gemikt? Bestaan die wel? “De woordkeuze is in zekere zin ongelukkig. Als Islamabad het over ‘gematigd’ heeft, bedoelen ze diegenen die hen niet aanvallen,meer niet. Maar het valt niet te ontkennen dat de taliban een cluster zijn van strijdende fracties, die niet allemaal perfect op dezelfde lijn zitten. Sommigen vinden het aanvallen van burgerdoelwitten aanvaardbaar, anderen niet. En door met een paar groepen wel in zee te gaan, verzwak je natuurlijk ook het geheel, wat belangrijk is. Maar ideaal is anders, dat ontken ik niet.”